Kimmo Tiilikainen is de minister van Milieu, Energie en Huisvesting van de Finse regering. Hij zal spreken op de komende World Summit on Digital Built Environment WDBE 2018 in Helsinki. Aarni Heiskanen interviewde minister Tiilikainen over zijn visie op de bouwsector en zijn digitale toekomst.
Het ministerie van Milieu heeft in 2016 het KIRA-digi- project gelanceerd om de digitalisering van de gebouwde omgeving en de bouwsector in Finland te stimuleren. Bij het speerpuntproject van de overheid zijn ministeries, gemeenten en het KIRA-forum betrokken. Het doel was om een open en interoperabel informatiebeheer-ecosysteem voor de gebouwde omgeving te creëren.
AH: Waar denk je dat Finland het meest succesvol is geweest in het ontwikkelen van de gebouwde omgeving ?
Tiilikainen: Ik beschouw als een van de grootste successen het enthousiasme dat de bouwsector heeft getoond voor het KIRA-digi-project. Het aantal aanvragen voor experimenteerprojecten is duizelingwekkend.
De industrie heeft de reputatie ietwat traag en conservatief te zijn. Deze keer was er echter een echte wil om vooruit te gaan, en snel.
KIRA-digi is ook een succesverhaal gebaseerd op de co-ontwikkeling tussen de private en publieke sector. Beiden hebben behoefte aan uitgebreide informatie over de gebouwde omgeving en open toegang tot deze informatie. Hierdoor kunnen operaties meer gestroomlijnd worden en ontstaan nieuwe zakelijke kansen voor bedrijven.
Een ander groot succes is het elektronische register van aandelen van woningbouwbedrijven. Het zal een groot deel van het handmatige werk dat nodig is bij woningtransacties elimineren. Als alles volgens plan verloopt, worden vanaf begin 2019 nieuwe huisvestingsmaatschappijen elektronisch opgericht. Hopelijk volgt binnenkort het enorme aantal bestaande bedrijven.
Deze vorderingen komen niet per se in de krantenkoppen, maar ze zullen mogelijk een aanzienlijke impact hebben op de productiviteit.
AH: Vastgoedbezit en bouwbedrijven worden internationaler. Wat zou ons product of onze dienst kunnen zijn voor exportmarkten?
Tiilikainen: Als minister is het een beetje te vroeg om op een specifiek product te wedden. Ik denk dat het meer te maken heeft met de manier waarop we nieuwe technologieën toepassen op het gebied van ruimtelijke ordening, ontwerp en bouwvergunningen. Het 3D-stadsmodel van Helsinki is daar een uitstekend voorbeeld van.
Transparantie en de strijd tegen de grijze economie zijn gebieden waar de Finnen veel te bieden hebben. We zijn al begonnen met het vaststellen van de verplichtingen en verantwoordingsrapportage van aannemers in bepaalde landen. Bovendien lopen we behoorlijk ver voor op het gebied van duurzaamheid; bijvoorbeeld bij het berekenen van de ecologische voetafdruk van gebouwen gedurende de levenscyclus. Ik zie vooral de Nordics als een goede markt voor dit soort concepten en diensten.
Om wereldwijde markten te kunnen bedienen, moeten we ambitieuze doelen stellen en voldoen aan internationale normen. Het ministerie van Milieu is een versneld project gestart om een routekaart te maken voor de landelijke implementatie van deze normen.
Finland staat bekend om zijn hoogwaardige technologie, goede opleiding en milieubewustzijn. Ik denk dat we op deze sterke punten moeten voortbouwen.
AH: Digitalisering, experimenten en ontmanteling van de normen maken allemaal deel uit van het overheidsprogramma. Wat zijn de praktische implicaties voor de vastgoed- en bouwsector?
Tiilikainen: Ik kan mijn functieomschrijving als minister van Volkshuisvesting in twee woorden samenvatten: verhogen en loslaten. Ik wil meer bouwen waar woningen tekort komen en gemeenten ontslaan van gedetailleerd overheidstoezicht.
Ons idee was om de besluitvorming dichter bij de burger te brengen. De overheid stelt een paar essentiële topdoelen en geeft gemeenten vervolgens meer beslissingsbevoegdheid over hun lokale plannen. Bij de ruimtelijke ordening heeft het ministerie de bekrachtiging van regionale plannen bijvoorbeeld overgedragen aan de provinciale raden.
Een ander voorbeeld, in de bouw, stelt de nieuwe wetgeving steden in staat om flexibel en snel het gebruik van gebouwen te veranderen. Bovendien biedt het huisvestingsbeheermaatschappijen een gemakkelijkere manier om oude gebouwen te slopen en weer op te bouwen met aanvullende ontwikkelingsrechten. Dat revitaliseert oude buitenwijken naarmate het aantal mensen dat in het gebied woont, groeit.
Wat de digitalisering betreft, zijn we begonnen met de modernisering van de Land Use and Building Act van 1998. Digitalisering en de kansen die nieuwe technologie biedt, vormen de kern van deze hervorming.
AH: Welke economische resultaten verwacht u van KIRA-digi?
Tiilikainen: Verhoogde productiviteit is een gemakkelijk te begrijpen voordeel, aangezien we papieren workflows vervangen door digitale processen. Een ander voordeel is een verbeterde constructiekwaliteit.
Digitalisering maakt een nauwkeurigere en completere documentatie van het bouwproces mogelijk. U kunt dan achteraf controleren wie wat heeft gedaan en wanneer. Dat is belangrijk als je bouwfouten moet opsporen op een site waar meerdere bedrijven tegelijkertijd werken.
Hier kan ik me verhouden tot mijn eigen ervaringen. Een paar jaar geleden vond er een pijplijnrenovatie plaats in mijn appartement in Helsinki. Het werk is goed gedaan, maar niet volgens het oorspronkelijke ontwerp. Zelfs na verschillende pogingen hebben we de as-built tekeningen nooit gekregen. Ik kan me voorstellen dat ze waardevol zouden zijn voor toekomstig onderhoud en reparaties.
AH: Het KIRA-digi-project loopt eind dit jaar af. Hoe kunnen we de vruchtbare samenwerking tussen de private en publieke sector voortzetten?
Tiilikainen: Dat is iets waar we over moeten nadenken. Het ministerie van Milieu heeft de verantwoordelijkheid om de interoperabiliteit van informatie tussen de private en de publieke sector te coördineren.
Wat de toekomstige oplossing ook zal zijn, KIRA-digi heeft bewezen dat er behoefte is aan dit soort samenwerking. Anderzijds is KIRA-digi het speerpuntproject van de overheid en als zodanig een stimulans voor verdere ontwikkeling.
Ik heb geleerd dat er plannen zijn om een innovatiehub op te richten voor de vastgoed- en bouwsector. Dit zou een goed platform kunnen zijn voor gezamenlijke ontwikkeling. Het ministerie besteedt uiteraard veel aandacht aan het initiatief.
Ik geloof dat als er een testament is, het formulier zal volgen.
Via: AEC